Strandplezier |
30 Juny 1853. Des morgens met 5 kinderen en Engel en Cornelis Douwes Dekker en Herman Kikkert eene dagwandeling gemaakt over de Mient, door de duinen naar t Westerstrand. Bij Frans Koorn koffij gedronken en onze broodjes opgegeten. Te half 4 weer te huis. 29 July 1857. Des namiddags met Dirk, Samuel, Katrina, Sina en Menno naar de Koog gewandeld en over de duinen in zee. Omstreeks een paar uur hebben wij ons daar op het strand vermaakt. Dirk en Sina met baden, de anderen met plassen in het water, schelpen zoeken, enz. Toen bij Jan Jansz Duinker, hijzelf niet thuis, gedronken en gerust, en vervolgens weer naar huis. 11 Juny 1861. Allen naar den Hoorn, naar de duinen en t strand gewandeld. Bij jufvrouw Wieringa thee gedronken. Wieringa komt te huis van schoolbezoek. Boterham blijven eten. Des avonds weer terug gewandeld, allen zeer vermoeid, doch genoeglijken dag gehad. Beladen met schelpen en zeegewassen keerden wij naar huis terug s avonds laat. 30 Juny 1863. Naar den Hoorn, Antje en Mijntje de Jong, Adriana Vrendenberg, Sina, Menno en ik des morgens half 8 uitgewandeld, te 9 uur dominee Frerichs aan den Hoorn opgeroepen. Hij geleidde ons naar het strand ten Zuidwesten van den Hoorn waar 2 wrakken op laag water lagen. Met veel genoegen bij het schoone weder (niet te warm, niet te veel zon, weinig wind) wandelden wij het strand langs, de hoek van Texel om en over Loodsmansduin terug, te 1 ure weder aan den Hoorn. 28 Juny 1865. Wij, Katrina, Sina, Janneke, Menno en ik naar den Hoorn gereden met P. Roeper met zijn wagen. Duin- en strandwandeling. Bij Klaas Daalder (Katriena) brood en koffij gebruikt. 7 October 1865. Sina des namiddags wandeling naar het Koogerstrand met de meisjes van Vrendenberg. 31 July 1866. Eene groote wandeling door de duinen langs het strand (Dirk, dominee Frerichs, Samuel, Hendrik, Menno en ik). Bij de Reddingsboot achter Klaas Kikkert dwars door de duinen over de Nieuwe Aanleg naar huis. Vele schelpen en bloemen verzameld, genoeglijke togt. 25 Juny 1867. Dinsdag, des morgens half 10 ure zijn wij uitgewandeld naar de Koog. Boetje en 2 zusters van de Waal idem. Op de Mient bij elkaar gekomen, hier en daar halt gehouden. Op de duinen achter het Hek [baken bij De Koog] in de luwte (er woei een frissche wind) ons middagmaal gedaan met brood, wijn, bier, bessenat, water, koek, allerlei versnaperingen. Op het strand gewandeld, Aurelia had maagpijn, een tijd lang in de duinen gerust. Heerlijk zeegezicht. Teruggewandeld. Op de Mient van Boetje afscheid genomen. Wij waren te half 6 ure te huis, ik vrij wat vermoeid. Sina ging met Ensing en Jet op de chais op de weeromreis. Ensing had onze proviand aangebragt op de duinen. Tusschen 1 en 2 uur gedachten wij met t glas wijn aan Dirk die toen welligt te Groningen promoveerde in de Philosophie als Doctor. Wij hadden een aangename dag, des avonds vrij wat vermoeid, ik had een weinig hoofdpijn. [Jet is Henriëtte de Geus, het meisje van Ensing] 6 Augustus 1869. Wij allen te zamen, 10 personen [Huizinga, Dirk en Koos, Samuel, Katrina, Sina, Menno, en Sientje en Neeltje Meihuizen en Grietje de Waard], met fraaij weder des morgens half 10 uitgewandeld naar de Koog. Ik bij Reijer Daalder koffijwater besteld. Ik met Neeltje (Meihuizen) naar t strand. Koffij gedronken in de duinen bij t Hek, met brood. Gezamelijk naar het strand en in zee. Droogerij in de duinen. Terug gewandeld, te 4 ure te huis. Genoegelijke dag. 7 Augustus 1869. Ik des voormiddags om een wagen bij Cornelis Eelman, de paarden niet thuis, bij Cornelis R. Keyser (Baron), hij leent mij zijn wagen en wit paard, wijl broeder Jakob voerman zal zijn. Wij daarmede des namiddags naar den Hoorn, de tantes, Koos en ik, Jakob Meihuizen is voerman. De overigen loopende. Bij Bakels. Na de thee met elkander naar de duinen, over Loodsmansduin naar zee, laag water. De Heeren dragen de dames door t water naar een bank (Dirk, Samuel, Menno, Bakels en Boeke). In de duinen bier gedronken. Samuel verliest zijn stok. Bakels zelf naar den Burg om zijn vriend Smeenk van Dordrecht af te halen. Wij te zijnen huize ons verkwikt met wijn of bier of brood. Terug met rijtuig of loopende. De strandreis duurde 3 uren. Tegen 9 ure weer te huis. Ik tot s avonds laat op mijn studeerkamer. 26 July 1871. Dirk naar de Koog gereden met Bruno Bok, Menno daarheen geloopen. Ik vervolgens ook daarheen geloopen. Bij Willem Dalmeijer en vrouw koffij gedronken. Intusschen komen vele rijtuigen aan van den Burg, met de voornaamste familieën. Te 11 ure ongeveer op t strand proeven genoomen met de reddingsboot en 3 vuurpijlen met lijnen afgeschoten. De zee stond zeer hol, er was een sterken wind. Aangenaam in de duinen vertoefd. Dirk, Menno en ik ververschingen gebruikt in het gezelschap van den Heren Keyser en Loman. Tegen 3 uur naar huis. Ik met Dirk gewandeld. Een hevig onweer komt op met regen, hetwelk heviger wordt toen wij na een klein uur loopens te huis kwamen. Een genoeglijke middag doorgebragt. 7 Augustus 1871. De heele familie uitgereden naar t Eijerland, Koosje en Martinus ook mee, ook Koos en de kleine Jakob en t kindermeisje, Huidekoper in de Waal opgenomen. Naar Albert Boon, naar de Vuurtoren. In de duinen ons verkwikt met een glas wijn. Naar het strand. Van de vuurtoren zagen wij Vlieland, Terschelling, Harlingen en een groot driemastschip, voor het bloote oog onzichtbaar. Bij Albert Boon ons middagmaal gedaan met onze medegebragte proviand. Thee gedronken. Huidekoper vergoedde de moeite der kinderen met 2,50 gulden. De stalling bezien, veel over de boerderij gesproken. Wij vertrokken te 7 uur, waren te 9 ure weer te huis. 17 Augustus 1871. Wandeling naar de Koog. Samuel Meihuizen, Menno en ik een bad in zee genomen. Voorts in duin en op t strand een aangename voormiddag doorgebragt. Koos was te huis gebleven, Neeltje van Calcar enz ook mede. 30 augustus 1872. Kwart voor 9 is Koekebakker hier (met de paard en wagen van Jan Duinker). Wij met ons zessen naar den Hoorn gereden. Bij Bakels, hun uitgenoodigd tot eene duinwandeling die hij aanneemt (Ensing aldaar). Wij naar het Westerstrand kwart voor 10. Wij kwamen aan zee kwart voor 12 over of bijlangs Loodsmansduin terug. Aal Koekebakker was intusschen ongesteld geworden, zoodat het voortzetten der reis haar onmogelijk was. Wij verkwikten ons met meegebragte spijs en drank op t strand en in de duinen. Ik was zeer vermoeid toen ik met het gezelschap bij Bakels terug kwam. 21 July 1873. Dagje uit: Hedenmorgen om 10 uur wij allen met 5 wagens (19 personen) naar Akyab of t Konijnenpark. Schoone dag. Aldaar de dag genoeglijk doorgebragt. Oude mevrouw Koekebakker en ik bij huis gebleven, terwijl de overigen naar de duinen en t strand waren. Ook tante Sientje en broeder Juriaan mede, ook Katrina, ofschoon deze in de laatste dagen zeer ongesteld was en de hulp van Ensing moest inroepen, waardoor zij gister ook niet aan de Waal was. Terwijl Katrina na dien togt zeer afgemat op stoelen lag, zonderde een groot deel van t gezelschap zich af (met de noodige wijn) in de duinen. Tante Sientje raakte verdwaald. Wij met alle man aan t zoeken. Eindelijk vonden wij haar weder. Des avonds tusschen 9 en 10 weer te huis. 27 July 1874. Samuel des morgens 7 uur met de familie Burger naar den Hoorn en het strand aldaar gewandeld. Hij kwam te 2 ure terug. 18 Augustus 1874. Met rijtuig van Keyser ging ik met Dirk en Jakob, Katrina en Betje Vrendenberg naar de Waal, waar ik bleef en Lobregt Schouten in t rijtuig stapte, waarmede zij vervolgens naar de Koog reden en daar de voormiddags genoeglijk aan t strand doorbragten. 5 Augustus 1875. Dirk gister (alleen) naar t strand. Hij gevoelt dat die togten en dat baden hem voor zijn gestel goed doen. 6 Augustus 1875. Dirk weder naar t strand. Ook Katrina, Fenna en Dolfina gaan daar heen op weg, maar keeren met Dirk terug om de harde wind. 28 Juny 1876. Dirk naar de Koog over de Waal, Bakels afgehaald met een tentje tot beschutting op het strand. Steeds roemt hij de heilzame werking van het zeebad op zijn gestel, zoodat hij zich er den geheelen dag frisch van gevoelt en des nachts een verkwikkelijken slaap geniet. |