Meester Brouwer van De Cocksdorp


14 Mei 1844. Naar Cocksdorp. Het gezelschap in de herberg. Ik de vrouw van [Johannes] Meester Brouwer toegesproken etc.

10 February 1847. Alida [heeft] des namiddags voor ‘t eerst sedert hare ziekte een bezoek afgelegd bij den Burgemeester. Alida en ik des avonds bij Pieter Klaasz Pronk met Meester Brouwer en vrouw (Trijntje de Boer) en diens schoonzuster van Cocksdorp.

10 Juny 1855. Afscheidspreek Lodeezen aan den Burg over “de Liefde sticht”.
Te 3 ure met Albert Jacobsz Boon gereden naar ‘t Eijerland en naar Cocksdorp. Aldaar te 5 ure gepredikt. Lammerts op reis naar Hoorn. Vrij wat volk. Bij meester Brouwer.
Albert Boon brengt mij terug tot digt aan de Waal.

27 December 1852. [Neef] Huizinga en vrouw en kind hier geloogeerd.
Op de Departementsvergadering deed ik de Redevoering, daar Brouwer van Cocksdorp niet kwam, over: “Eenvoudige zeden als bron van maatschappelijk en huiselijk geluk”, die zeer goed scheen te voldoen. Mijn gevoel werd sterk aangedaan doordien Willem Bok het vers reciteerde “De ontslapen moeder aan haar echtgenoot”. Ook Huizinga, Scheurleer, Johannes Bok traden met bijdragen op.

19 Maart 1857. Klaas Joannesz Brouwer zal nu als ondermeester naar Barsingerhorn gaan.

29 April 1860. Om half 8 met Grietje, Sina, Menno en Vrouwtje in de wagen van J.C. Bakker bij mooi weder naar Cocksdorp gereden, ik bij Meester Brouwer, de anderen bij Aafje Buijs. Ik daar gepredikt, veel volk. Bij Reijer Koning koffij gedronken. Nog even bij Aafje, vervolgens weer met mijn gezelschap vertrokken. Dit ging bij Raven af verder naar den Burg wandelen, terwijl ik doorreed naar Oosterend over de Noorderdijk met Meester Boonakker.
Te 2 uur gepreekt te Oosterend. Met hetzelfde rijtuig terug, daarvoor 6 gulden betaald.


Terug naar de vorige bladzij