Meester Teunis Pietersz Keijzer van Oost |
1 February 1846. Des avonds hier gezelschap gehad, de Burgemeester en vrouw en Grietje en de schoolmeester van Oost Teunis Pietersz Keijzer en zijn beminde, Simon en Cornelis Keyser en [hun] vrouwen Trijntje en Geertje Jakobs Dijksen. 3 Mei 1846. Des namiddags naar het Oude Schild met stuurman Stikkel, door Sijbrand Pietersz Keyser met de wagen heen gebragt. Met Jan Jansz de Waard overgestoken naar het Nieuwe Diep. Bij Klok theegedronken, aldaar Meester Teunis Keijzer van Oost. 18 September 1848. Vrendenberg. Over de school aan de Waal, misschien dat Teunis Pietersz Keijzer er geplaatst wordt (Meester Visser was krankzinnig geworden). Morgen zal een zoon van Gerson [Gerssen] de school weer provisioneel openen. Vrendenberg meent dat Keijzer het aan de Waal ook niet lang naar zijn zin zal hebben. Hij schijnt geene tevredenheid in zich zelve te hebben. [Er werd wel een Meester Keijzer benoemd, maar dat was [zijn zoon?] Cornelis Pieter Keijzer] 13 November 1848. Des avonds Departementsvergadering. Meester Teunis Keijzer deed de Redevoering over de Bronnen en Rivieren, wat ze zijn, waartoe ze zijn. 19 July 1852. Oosterend. Meester Keijzer verhaalt veel van het drijven der Separatisten en zijne gesprekken met hen. Ik blijf omstreeks een heel uur bij hem en kan nog haast niet wegkomen. Intusschen zijn de kinderen in de school alleen. De weduwe Dijksen en ook later Risje Roeper zeggen dat dit wel al te veel gebeurt en dat hij nu niet zooveel werk van het onderwijs maakt als vroeger. 27 Maart 1854. Te Oosterend bij Grietje List en haar dochters thee gedronken. Pietertje heeft veel lust in lezen. Zij wil wel eens een boek van mij hebben. Zij zeggen dat Meester Keijzer niet veel werk van de kinderen maakt. Cornelis, het kleinzoontje, is al in de vermenigvuldiging, maar ik merk dat hij nog niet tellen kan. 26 November 1860. Des avonds naar de Nutsvergadering. Meester Keijzer van Oost deed de Redevoering over de Zee, hare grootte, diepte, zout, enz en de nuttigheid daarvan. De vorm liet nogal te wenschen overig. Het stuk stond ook niet op de hoogte der wetenschap, maar de inkleeding der gedachten was zeer goed. 18 Mei 1868. [Dominee] Buijsman was eerst ter begrafenis geweest van Meester Keijzer van Oost. 1 Juny 1871. [Dominee] Van Vledder voer hevig uit op de schoolmeester Teunis Keijzer. 7 April 1878. Zondag. Gepreekt te Oosterend. Bij Jakob Brans. Hij durft zich bij den kouden wind nog niet buiten te begeven. Hij erkende dat hij in zijn toestand (van tijd tot tijd bloed opgeven) niet op een langen levensduur rekenen mogt. Hij was zeer kalm bij die bewustheid en was bereid te scheiden als hij daartoe geroepen werd. De weduwe T. Keijzer reed met mij naar den Burg. Zij getuigde dat Brans zeer gemist zou worden. Hij hielp dikwijls menschen aan geld die elders niet klaar konden komen. |