Teekle, Teckla,
Thelija, Thelea, Teela, Tijlea, Telija, Tjelle, Telia,
Tjella,
Merkwaardig is dat Tjella naar Texel kwam terwijl haar echtgenoot in Groningen achterbleef. Had ze hem verlaten, leefden ze om wat voor reden dan ook gescheiden? Daarbij kwam ze op Texel met een andere man, met wie ze niet trouwde, ook niet nadat Grimme gestorven was. Misschien wist ze van dat overlijden niet af, misschien vond het stel trouwen inmiddels niet meer belangrijk. Harmen Rikkers In de overlijdensacte van Harmen Rikkers (2 maart 1859) is de zin ‘(on)gehuwd met Tjella Breeland’ doorgehaald en vervangen door ‘ongehuwd’. Maar men dacht op Texel wel dat ze getrouwd waren, anders zou dat zo niet opgeschreven zijn. Tjella heeft, om wat voor reden dan ook, gekozen om met Harm Rikkers verder te gaan. Die beslissing moet zijn genomen voor 1823, voor de conceptie van het kind dat Tjella kreeg met Harmen. In de geboorteacte van deze dochter Catrina Margreta Rikkers (Gasseltenijveen 30-4-1824) staan als ouders vermeld Harmen Rikkers en Telija Breeland. Dat betekent dat men ook in Gasseltenijveen van haar wettige echtgenoot niet afwist, anders zou het kind op zijn naam zijn gekomen en niet op die van Rikkers. Burgerlijke Stand Texel In de boeken van de Burgerlijke Stand staan ze vermeld als : Texel 1830 blz. 135/136 Den Hoorn, huis nr. 9 Blz. 135 regel 20 Hermanus Rekkers, geen leeftijd, geen geb. plaats, arbeider Blz. 136 regel 1: L. Breeland, geb. Groningen, 39 jaar, geen beroep regel 2: Dominicus Rekkers, geb. Groningen 16 jaar regel 3: Viardina Rekkers, geb. Groningen, 14 jaar regel 4: Catharina Rekkers, geb. Groningen, 5 jaar Dominicus Rekkers is hoogstwaarschijnlijk Dominicus Franciscus Grimme, geb. 27-01-1814 Groningen, zoon van Joseph Bernardus Grimme, aannemer en Tecla Brieland, akte nr. 86 Groningen 31-01-1814 Overleden 29-05-1837 Den Hoorn, akte dd. 31-05-1837 Texel Viardina Rekkers is hoogstwaarschijnlijk Bernardina Hindrika Grimme, geb. 04-11-1816 Harkstede, dochter van Joseph Bernard Grimme, winkelier en Telia Breland Texel 1840 blz. 150 Den Hoorn Johan Herman Rikkert, geb. Osnabrück, 43 [46] jaar, boer. Telijna Breland, geb. Groningen, 48 [51] jaar, vroedvrouw Arnoldus Grimme, zoon, geboren in Groningen, 28 jaar, zeeman Catharina Maria Rikkert, dochter, geb. Gasselte, 15 jaar (1824 Gasseltenijveen gemeente Aa en Hunze, Drente- 1886 Den Helder). Gehuwd 18-05-1843 te Den Burg met Folkert Griek. Den Hoorn, 1850 blz. 61 Harmen Rikkers, geb te..........., geb. 1794, boer overl. 02-03-1859 Teela Breeland, geb te..........., geb. 1789, vroedvrouw overl. 10-12-1859 Jantje Rikkers, geb. ......... geb. 1836, schoolleerling In de overlijdensakte in december, door 2 "bekenden" wordt Teela Tjelle genoemd en weduwe van Jozef Grimme Uit deze gegevens blijkt dat Tjella en Harmen zich in het begin van hun verblijf op Texel als ‘de familie Rikkers’ presenteerden. Later was dat anders, de jongens Grimme leefden toen onder hun eigen naam. Dat Tjella en Harm ongetrouwd waren had men niet rondverteld. Johannes Grimme was bij zijn vader gebleven, zoals in zijn trouwacte staat te lezen. Arnold en Neeltje trouwde op 11-4-1844 te Texel met Neeltje Simons Duinker van den Hoorn (1816-18xx). Hij was zeeman in 1844, loodsleerling in 1849. Ze kregen op 26-2-1849 een doodgeboren kindje. In 1859 werd dochter Jacoba geboren (1859 Helder- 1937 Apeldoorn). Arnold overleed op 13 juni 1885. Johannes en Maria Johannes (Hermannus Theodorus) trouwde op 11-4-1834 in Noorddijk met Maria Jans Zuurven. Jozef Grimme was arbeider en woonde nog te Engelbeet, net als zijn zoon. Hij was aanwezig op de bruiloft. Thelia Breeland, van beroep vroedvrouw, wonende te Texel, werd vermeld. Vader Grimme en Vader Zuurven ondertekenden de acte. Domenicus overleed op 29 mei 1837 om 10 uur ‘s avonds. Hij was werkman op Texel. Catrina en Folkert Folkert (1821-1887) was geboren in Den Hoorn, zoon van Cornelis Griek en Dieuwertje Boon (1797-1865). Hij was zeeman en schippersknecht, net als zijn vader, die in 1826 op zee was gebleven. Brief van Burgemeester Keijser 11-9-1850 Aan de Burgemeester van Helder U te doen toekomen de gequitificeerde geboorteacte van Cornelia Cornelisdochter Griek. Van het overlijden harer vader Cornelis Griek kan geene acte worden overgelegd, als zijnde daar indertijd geene aangifte van gedaan, als [is hij] in 1826 in betrekking van loods verongelukt. Cornelia was geboren op 19 juli 1826, na de dood van haar vader dd 26-4-1826. Volgens opgave (Genealogische website) is hij als zeeman op een Noorse brik het gat van Texel uit en is hij overboord geslagen. Cornelia had deze papieren nodig om te kunnen trouwen met Klaas Luitsen (1821 Burg- 1879 Bloemendaal). Cornelia Griek is geboren om 04.00 uur, aangifte van de geboorte op 21 juli 1826 door Anna Maria Heijmans, vroedvrouw, wonende in Den Hoorn; getuigen bij de aangifte: Cornelis Pietersz Smit, 32 jaar, voerman, wonende in Den Hoorn en Gerrit List, 31 jaar, klerk ter secretarie, wonende in Den Burg [de akte vermeld Den Hoorn]. Zij is oorspronkelijk aangegeven als ‘zoon Cornelis’, bij akte van 5 sep 1850 van de Arrondissements Rechtbank Alkmaar is dit gewijzigd in ‘dochter Cornelia’. Uit dit stuk blijkt dat Tjella Breeland toen nog niet de vroedvrouw van Den Hoorn was. Jannetje Was het kind Jannetje van Tjella zelf? Een schoolkind is tussen de 6 en 12 jaar oud, Tjella was in veel dingen een bijzonder mens en misschien nog net in staat om een kind te krijgen tussen haar 49e en 55e jaar, maar gezien de beschrijving van haar gezondheidstoestand niet lang daarna, zou men eerder denken aan een kind van haar dochter Catrina, die in die periode een jonge meid was tussen de 14 en 20 jaar. Veel doden in 1859 In 1859 overleden zoveel mensen, dat de voorgedrukte akten aangevuld werden met een tiental geheel geschreven akten. Wanneer zou men er achter zijn gekomen dat Harmen ongehuwd was? Opmerkelijk is dat ook Harm Rikkers ‘uit het Osnabruckske’ kwam. Was hij een kameraad van Jozef Grimme? Harm komt niet voor in ‘Alle Groningers’. Pieter Kok en Jacob Lindeman deden de aangifte van het overlijden van Tjelle Breeland, weduwe van Jozef Grimme, dochter van Hermannus Breeland en Jaapje Arends. Verzuimd aangifte te doen van de geboorte van Antje Bakker Brief van Burgemeester Keijser 24-10-1850 Dat op den 24 dezer 1829 binnen den gemeente is geboren zekere Aaltje, dochter van Cornelis Dirksz Bakker en Aaltje Bijl. De vrouw is bij de verlossing bijgestaan door de [nu] nog levende Vroedvrouw Telia Boereland aan den Hoorn alhier. De man, een loods, was destijds in zijn beroep naar zee. De Vroedvrouw heeft alzoo de aangifte verzuimd, en zocht zich te verontschuldigen daarmede, dat zij destijds die aangifte heeft opgedragen aan den Postloper, die zulks verzuimd heeft. De overige vrouwen die bij de bevalling destijds zijn tegenwoordig geweest, zijn alle overleden. Ik heb de belanghebbenden, die thans te Nieuwediep woonachtig zijn achter de Molen, geraden zich te adresseren aan den Arrondissementsregtbank te Alkmaar om alsnog, volgens het advies van den Heer Staatsraad aan 12 B: VI vonnis, te obtineren tot verschijning alsnog in de Registers van de Burgerlijke Stand na voornoemde en verzuimde aangifte. [Cornelis Bakker (1789-1858 Helder) en Aalje Bijl (1795-18xx) hadden drie dochters Marritje (1827), Antje (1829) en Helena (1832) en twee zoons Dirk (1834) en Willem (1836). Antje is op 15 november 1850 getrouwd met Hendrikus Koopman. Ze hadden een dochter Antje, geboren in 1856]. In 1829 was Tjella als vroedvrouw in dienst. Er was maar één vroedvrouw in Den Hoorn, zodat ze ergens tussen 1826 en 1829 op Texel moet zijn gekomen. Oude Vroedvrouw De vroedvrouw van Den Hoorn was oud en gebrekkig geworden en niet meer geschikt voor haar taak. Ze ontving f 200,- per jaar waarvoor ze nauwelijks nog een tegenprestatie leverde. Burgemeester en Wethouders van Texel zonnen op een manier om haar te ontslaan en een nieuwe plattelandsdokter aan te stellen, die ook bevoegd was om bevallingen te doen. 15-1-1853 Aan de Heeren Gedeputeerde Staten van Noord Holland Een eenparig verzoek der bewoners van het Dorp den Hoorn en deszelfs omtrek alhier, strekkende, dat het den Gemeenteraad mogt behagen in plaats van de Oude Vroedvrouw, die in het algemeen geheel niet of althans uiterst zeldzaam meer wordt gehaald, aan het Dorp den Hoorn een Plattelandsch Genees- Heel- en Verloskundige te beroepen, op het aan de Vroedvrouw verbonden Tractement. [Dit verzoek was al verschillende malen eerder gedaan] Door de indijking van de Prins Hendrikpolder heeft het district van het Dorp den Hoorn een belangrijke uitbreiding verkregen (nu al meer dan 1000 zielen), op anderhalf of meer uur gaans van de naaste Geneesheer verwijderd. Door de staat van de wegen gedurende een groot gedeelte des jaars zijn er vele moeijlijkheden en kosten. 2,5 folio. Iedereen is voor verbetering, maar er is geen geld. De Oude Vroedvrouw is 64 jaar en in een zwakke gezondheidstoestand [waardoor zij] bijna altijd buiten staat is na buiten dienst te doen. De vrouwen aan het Dorp den Hoorn en deszelfs omstreken worden alzoo bijna zonder uitzondering door de Verloskundige van den Burg bijgestaan, hetwelk op anderhalf uur afstand maar al te dikwijls groote ongelegenheden en bezorgdheid veroorzaken. Het Plaatselijk Tractement van f 200,- aan de Vroedvrouw van den Hoorn wordt in de volsten zin des woords geheel om niet uitgegeven. Zoodanige staat van zaken kan naar het oordeel van de Raad niet langer blijven bestaan en daarom is de Raad bereid een Plaatselijk Genees- Heel- en Verloskundige aldaar te benoemen. De Oude te ontslane Vroedvrouw Tjella Breeland zal f 50,- pensioen ontvangen, dat zal billijkerwijze geene reden tot beklag kunnen opleveren. Vergadering van B&W 11-3-1853. Punt 4 Vroedvrouw aan den Hoorn Brief 14-3-1853 Aan de Heeren Gedeputeerde Staten van Noord Holland Dat de Raad der gemeente in hare vergadering op den 25 Februarij bereids een benoeming heeft gedaan van en Plaatselijk Genees- Heel- en Verloskundige voor het Dorp den Hoorn, doch dat des niet te min de betrekking der aldaar aanwezige vroedvrouw is behouden, echter onder vermindering van een gedeelte harer tot dusverre genoten Tractement, en is alzoo, naar het ons toeschijnt, dezerzijds geheel overeenkomstig de bedoeling van UEGrootAcht opgenoemde missive gehandeld. Brief 15-3-1853 Aan Tjella Breeland, vroedvrouw aan den Hoorn Wij hebben de eer ter Uwer kennisse te brengen, dat de Raad dezer gemeente in hare vergadering van den 25 Februarij Ll het besluit heeft genomen een Plaatselijk Genees- Heel- en Verloskundige aan het Dorp den Hoorn te beroepen, en werkelijk toen dat beroep heeft plaatsgevonden. Tevens is door den Raad goedgevonden UE in Uwe betrekking als Plaatselijk vroedvrouw te behouden, doch ten gevolge de weinige diensten die UE verrigt, het door UE tot heden toe genoten Tractement te verminderen op de som ad f 50,- ’s jaars, te rekenen den 1sten April aanstaande, zullende het eerste kwartaal van dit jaar UE als naar gewoonte nog worden uitbetaald. Het leek allemaal voorspoedig te gaan met de benoeming van een nieuwe geneesheer en het ontslag van de Oude Vroedvrouw. Maar helaas ging de jonge dokter liever naar Java dan naar Texel. Brief 17-5-1853 Aan de Commissie voor het Geneeskundig Toevoorzigt Dat de Raad tot Plaatselijk Heel- en Vroedmeester voor het Dorp den Hoorn heeft benoemd de Heer A.C. Vogler. Genoemd geneesheer ontving 4 dagen na zijne benoeming als Geneesheer op dit Eiland een Rijksbenoeming als Geneesheer op het Eiland Java, welke hij heeft aangenomen, en mitsdien voor die van den Hoorn heeft bedankt. Brief 8-9-1853 Aan de Provinciale Commissie voor het Geneeskundig Onderzoek en Toevoorzigt te Haarlem [Sinds het afhaken van A.C. Vogler] hebben wij ter besparing van kosten, onderhands getracht een Genees- Heel- en Verloskundige voor den Hoorn te bekomen, en meende daarin geslaagd zoude hebben met de persoon van Jan Maats bij UEd Commissie bekend. Dan ook deze heeft ons bij missive van den 1 Augustus Jl kennisgegeven, hij heeft zich gevestigd in de Gemeente Noord Schermer, zoodat wij nog steeds zoekende zijn en blijven, om iemand voor die betrekking te vinden, terwijl voortdurend het volle Tractement aan de Vroedvrouw Tjella Breeland wordt uitbetaald, ofschoon van die f 200,- geene de minste dienst wordt genoten, en [dit bedrag] in de volsten zin des woords geheel om niet wordt uitgegeven, alzoo geene eenige vrouw die verloskundige wil gebruiken, en alreeds verscheidene jaren niet hebben gebruikt, alzoo die Vroedvrouw om hare ouderdom en zwakke ligchamelijke gesteldheid ook niet meer in staat is om uit te gaan. [Weet U een geschikte jonge geneeskunstuitoefenaar voor ons? Tractement f 150,-] Alle oudere vroedvrouwen minder tractement Het was blijkbaar ongepast om alleen aan Tjella Breeland minder te betalen. Vroedvrouw Ooms was ook al op jaren. 26-10-1854 Kennisgeving aan de vroedvrouw J.J. Ooms dat haar tractement op de eerste January op 100 gulden is verminderd idem aan T. Breelant Dat gaf discussie over de betaling. 6-12-1854 Aan de Commissaris 2,5 folio over vroedvrouw van den Hoorn en Oudeschild. Begonnen op een tractement van f 200,- Drie jaar later was de Oude Vroedvrouw nog gewoon in dienst van de Gemeente Texel. Een jonge dokter voor Den Hoorn en omstreken was nog steeds niet gevonden. Brief 10-1-1857 Doctor P. Scheurleer gaat naar Dieren, en Doctor Acker gaat ook weder weg. Nu aanwezig C.A. van Deinse, P. Stolp, K. Hille, A.E. Stiggelbout, E.C. de Konnigh, vroedvrouw Johanna Rechlien, J. Breeland, J.J. Oomes, apotheker A.C. Petersen. P. Stiggelbout heeft zijn vader in de practijk geadsisteerd. Brief 25-6-1857 Salaris van de vroedvrouw Jetske Oomes, aangesteld in 1836 op f 180,- Genealogische Website van Rob Gomes Gegevens van de Burgerlijke Stand Texel van Wil Braam Brieven van Burgemeester en Secretaris van Texel Notulen van B&W van Texel |