Wegen en Wateringen GAT 203

Reglement en ordre over de voortaane beheringe der weegen en wateringen gelegen in de 28 Gemeenschappelijke Polders op den Eiland Texel

Artikel 1
Eerstelijk daar het Eiland Texel door den Wil des Volks, over het geheel en ondeelbaar gerepresenteerd moet worden als eene lighaam, waarvan de onderscheijdene dorpen deelen zijn, en in alle conclusien ’t besluijt der meerderheijd, zonder eenige betrekkingen van, of tot wat dorp zal gevolgd worden-
Zullen de 28 Gemeenschappelijke dijkspolders verdeeld zijn in 5 districten als den
Burg
Waal
Hoorn en Westen
Oosterend
Koog en Everste Koog
En zal geheelijk de beheering over de Gemeene- Buuren- Eigen Weegen- Togten- Wateringen en Binnen Sluijsjes ingevolge het Jongst gearresteerd Regeerings Reglement van den Eilande Texel voortaaen zijn onder een dijkgraaf, Hoofdingelanden en Heemraden van denselve Eilande gegoed als bij het dijksreglement is bepaald, geadsisteerd met hunne eijgene Secretaris. Ook zal de boode der dijkagie tot dit Collegie behooren, en in haare natenoemen directie ten dienste moeten staan-

2
Het zelve Collegie van directie zal werden toegevoegd 6 Kroosheemraden en 16 Poldermeesteren op de naartenoemen wijze te verkiesen- zullen de Eerste gegoed moeten weesen met 2000 Roeden lands ter waarde van f 2000- en de anderen van 500 Roeden lands ter waarde van f 500- alles binnen den Omring gelegen-
Evenwel daar ten opzigte van het district de Koog en Everste Koog hieromtrent bezwaaren mogte ontstaan, zal desweegens deese uitsondering Plaats hebben, te weeten-
De Kroosheemraden zullen in dit district wel het getal Roetalen moeten bezitten, dog de waarde daarvan kunnen volstaan op f 1000- desgelijks ook Poldermeesteren de vereijschte hoeveelheijd land dan zal de waarde daarvan op f 700- genoegzaam zijn-

3
De verdeeling der Kroosheemraden zal in deezer voegen zijn-
Als 2 voor den Burg, het grootste district uijtmakende
1 voor de Waal, Hoorn en Westen, Oosterend, Koog en Everste Koog

Winkler Prins: benaming voor heemraden die belast waren met het toezicht op het schoonhouden der wateringen (vanwege de groei van kroos en waterplanten daarin).

4
Insgelijks de verdeeling der Poldermeesteren als volgt-
6 voor den Burg
2 voor de Waal, Hoorn en Westen, Oosterend, Koog en Everste Koog

5
Daar de Jaarlijkse verandering zo van dijkgraaf, Hoofdingelanden en Heemraden werd verondersteld, door het dijksreglement bepaald te zijn-
Zullen Kroosheemraden op volgende wijse moeten veranderen- als het Eerste Jaar de oudste in Jaaren, een van den Burg, die van Oosterend en die van de Koog, zullende het volgende Jaar de andere van den Burg met de overige districten verandert moeten worden, en zo in het vervolg S’Jaarlijks-

6
Insgelijks zal dit Plaats hebben, met Poldermeesteren, waarvan het Eerste Jaar voor de Waal, Hoorn en Westen ieder Een, vervolgens Twee en dan weder Een, en zo voorts zal moeten afgaan, dog die der andere districten altoos de helft, de oudste in Jaaren-

7
De Verkiesingen, zo van Kroosheemraden als Poldermeesteren, zullen S’jaarlijks op deese wijse werden gedaan: de ingelanden zullen door de fungeerende Kroosheemraden en Poldermeesteren ieder in zijn district S’Jaarlijks werden opgeroepen ter bekwaamer plaats voor den Eerste April; aldaar, zonder eenige Kosten te maken, zullen de Presenten moeten formeeren eene Nominatie van een dubbel getal Persoonen, waar bij in agt genomen is, de gegoedheijd en bekwaamheijd hier vooren gemeld- welke Nominatie daags daar aan bij het dijks Collegie zal werden gepresenteerd omme ter naaster vergadering, daar uijt verkiesing voor Een Jaar te doen-

8
Dijkgraaf, Hoofdingelanden en Kroosheemraden zullen de nodige bepaling maken van de hoogte en breedte der Weegen, voetpaden, wijdte, diepte en loop der Togten, wateringen, Sluijsjes als andersints, op dat deswegens eene behoorlijke Regel Plaats hebben-

9
Tot dat eijnde zullen deselve S’jaarlijks voor den 20e meij en volgende dagen, moeten doen eene beraminge over alle de Weegen en Wateringen, binnen den Ring der 28 dijkspolders, op deesen Eilande geleegen-

10
Deese beraminge zal geschieden op aanwijs en advys van Poldermeesteren welke ieder voor zijn district gehouden zal weesen, het gebreekige; met eene opgaave van Kosten aan te teekenen en over te geeven, op dat aanstonds kan naargesien en also bevindende vast gesteld worden-

11
De opneeming van het gebreekige aldus gedaan en op de generaale beraming gebragt- zullen dijkgraaf, Hoofdingelanden en Kroosheemraden, door den Secretaris ieder een Copie daar van werden gegeven-
Wanneer het maken der Weegen, ook zo er nieuwe Togtslooten wierden vereijscht, Publicq aan de minstaanneemende zullen werden besteed- dog zal verders het onderhoud der Togten komen tot lasten van de aangelanden-

12
De aangelanden zullen vrijheijd hebben over de Togtslooten bruggen of Tillen te leggen, egter zoodanig, dat de Hoofden of dammen niet verder in den Togten komen dan 2 voeten, en ten opzigte van de Hoogte, dat de onderkant der Balken slegts boven het Winterwater moeten zijn-
En werd aan niemand vergunt, omme in de Togtslooten, dammen te leggen dan met speciaal Consent-
Ook zal niemand in deselve Togtslooten eenige versperringen van Vischwand of anders hoegenaamd mogen maken, op verbeurte van 3 Gulden, en van zodanig vischwand als daar in gevonden word-

13
Dijkgraaf, Hoofdingelanden en Kroosheemraden zullen vervolgens S’Jaarlijks voor den 1e Junij alle de te makene gemeene Weegen aan de minstaanneemende Publicq besteeden-
Dog het gebreekige van Buren of eijgen wegen daar van zal het Collegie van Directie de opgave doen aan buurheren of den Eijgenaren met aanzegging van den dag daarop te schouwen-
Dan in zodanige districten waar inne binne-weegen gelegen zijn, welkers aanhorige niet bekend staan zal zodanig district begreepen worden, als tot een buurt behoorende en de aanzegging als voren geschieden-

14
De Schouwen over weegen en Togten zullen zijn bepaald als volgt-
De Eerste schouw voor of op den 1e Julij op de boete van 5 stuijvers
Tweede schouw s’weeks daar aan op de boete van 10 stuijvers-
En de derde schouw s’weeks daar aan op de boete van 1 gulden-
Als wanneer het aanbesteedene niet gemaakt zijnde, zal het zelve vervallen weesen in handen van den Dijkgraaf omme ten Kosten van de gebreekige op dubbel gewin te worden herbesteed met de Kosten van de Schouwdag bovendien, beloopende f 20.10-
Als voor 2 wagenvragten f 6-
De dijkgraaf per dag 2-
5 Hoofdingelanden 5-
6 Kroosheemraden 6-
boode -.10

15
Over de wateringen waar onder ook de sluijsjes en Kokers begrepen zijn, zullen meede 3 Schouwen weesen-
Als een voor of op den 25e September op de boete van 5 stuijvers-
De tweede s’weeks daaraan, op de boete van 10 stuijvers-
En de derde s’weeks daar aan, op de boete van 1 gulden-
Als wanneer het aanbesteedene niet gemaakt zijnde, even als van de weegen is gezegt, vervallen zal in handen van den dijkgraaf, met de Kosten als vooren-
En zal aan het Collegie van directie staan de schouwen over de wateren eerder te bepaalen, naar maate het Saisoen zulks meede brengt-

16
Naar afloop van deese Ordinaire Schouwen, zal over de Weegen en Wateringen worden gehouden een Generale Hoofdschouw voor of op den 16e October en volgende dagen S’Jaarlijks te doen- als wanneer alle de Weegen behoorlijk zullen moeten zijn geslegt, en de Wateringen naar vereijsch weesen schoon gemaakt-
Alles op de boete van 1 gulden bij ieder nalatige, het zij aanneemer van de weegen, ofte aangelanden van de Togten te verbeuren, en zullen S’weekelijks de schouwen daarop worden gevolgt, met verdubbelde Boetens-

17
Daar de uijtgebreijdheijd der districten vorderen, dat de voorengemelde Ordinaire Schouwen in deeser voegen geschieden; als den dijkgraaf, Hoofdingelanden, Kroosheemraden en Poldermeesteren, ieder voor zijn district-
Dog de Generale Hoofdschouw zal door het Collegie van directie over het geheele Eiland moeten werden waargenomen, terwijl Poldermeesteren daar niet verder bij adsisteeren Zullen, dan voor zo verre hun district gaat-
En zullen alle de Vonnissen over de gemaakte werken, bij meerderheijd van Stemmen werden uijtgesprooken-

18
Daar de weegen niet anders kunnen werden gemaakt of verbeterd, dan door middel van op te brengen zand, bequaame spetie ofte ook wel slegten, zullen de aangelegen landerijen aan de Gemeene weegen, zo het vereijscht word, daartoe het noodige moeten opleveren, en daar voor van den aanneemer per roede genieten 15 stuijvers, ten waare er nabij op geschikte Plaatsen genoegsaame bequaame spetie te bekomen was, zullende altoos de landerijen zo veel mogelijk moeten worden ontzien-

19
Aan het Collegie van directie zal ook staan de gemeene Weegen, door Thuijnen [tuinwallen] of andere beletselen te veel belemmerd, deselve Thuijnen of beletselen te doen wegruijmen, versmallen, of doen inzetten, zodanig de Weegen behoorlijk bruijkbaar zijn, en de Passagie geene vermindering deswegens ontmoeten in welk geval, zo wanneer den Thuijn of Thuijnen gedeeltelijk of geheel werden weggenoomen en vernietigd, den Eijgenaar voor de herstelling en grondvergoeding kan Pretendeeren, ter tauxatie van Twee neutrale lieden, met de Onkosten daarenboven, tegens 4 Percento gerekend-

20
Ook zal het aan opgemelde Collegie staan, zo wanneer in slooten langs de gemeene weegen, bekwaame Spetie gevonden word, die slooten tot gebruijk van het gebreekige der Weegen te doen uijtneemen, ten Kosten van het gemeene Eiland-

21
Daar ook niets meerder tot gerief van elk en een ieder is, dan dat de Weegen bruijkbaar zijn, en het eene beweesen zaak is, dat verre de meeste weegen, zo maar wel op het Slegten en afleijding van water werd gepast, gestadig goed en met weijnige Kosten te onderhouden zoude weesen-
Zal het slegten van ongelijke Plaatsen afleijden van het Water, en aanvullen van laagtens, voor zodanige gemeene Weegen als waar het vereijscht word, geduurende een geheel Jaar Publicq werden aanbesteed- en ten eijnde dit goede nutte werk niet verwaarloosd en den aanneemer bij sijn Pligt gehouden word, zullen de leeden van het district, waaronder al sulke aanbesteden Weegen gelegen zijn, net Regt hebben, omme daar S’maandelijks op te mogen Schouwen-

22
De Sluijsjes en Kokers en het geene verder tot de algemeene Wateringen behoord, zullen door het Collegie gemaakt en onderhouden worden, dog de Kokers en dammen in binnen slooten, ten Kosten van den Eigenaar in welke binnenslooten geene dammen mogen leggen of gelegt worden die tot afwatering na de Togtslooten hinderlijk zijn-
Op al het welke Poldermeesteren ieder in hun district zullen hebben toe te zien- dog die der aangelanden welke tot afwatering benodigt hadden zulks op of over de Gemeene Weegen te doen, zullen die het niet vergund worden, ten waare door hun behoorlijke Kokers daar toegemaakt en onderhouden wierden, werdende tot dat eijnde geene gaten in de Thuijnen, nog doorgravingen in weegen geduld, nog afloosingen hoegenaamd te onderneemen, dan met Speciaal Consent-

23
Alle voetpaden langs gemeene weegen, gemeene veld of Kerkepaden met bruggen en leunings over de slooten, zullen tot de gemeene weegen gereekend worden te behooren, benevens de Palen op deselve, en zal ieder Kroosheemraad voor zijn district zonder Kennis geeving, de Kleijnigheeden mogen laten verbeteren, mits niet boven de 5 guldens beloopende-

Wegen

24
De Kosten tot onderhoud der Gemeene Weegen, wateringen, en het geene daar toe behoord, zullen in ’t Generaal werden gedragen, en door de landen en Huijsen, ingevolge natenoemene opgaave te betaalen-

25 Tot dat eijnde zullen dijkgraaf, Hoofdingelanden en Heemraden van Texel, alle Jaaren voor den 15e december naar voor af gedaane advertentie-
inwinnen, alle Reekeningen en Kosten, boven de 10 guldens op een behoorlijk Zegel geschreven, ten lasten der gemeene weegen en wateringen, binnen de omring geleegen, voor dat Jaar gevallen, vervolgens 14 dagen daar na, wanneer dezelve intusschen zijn naargesien en het openbaar ten aanhooren van een ieder Reekening en Verantwoording, zo van Ontfang als uijtgave doen-

26
Waarna het zelve dijkscollegie den Omslag der Kosten zal moeten Reguleeren in deezer voegen, over alle Huijsen en landen, binne den Omring gelegen, bereekend na hunne verpondingen zooals die in de quohieren bekend staan-
Dog de Koog en Everste Koog niet verder of anders, als hij voormaals in de binnenlandsche Kosten was gesteld-

27
Daar als nu met de inzameling der gelden, alle spoed diend te werden gemaakt, op dat dus eenen iegelijk voor zijne verdienste afbetaling bekomen kan, zal tot dat eijnde eene Speciaale ontfanger voor de Reekening van de Gemeenschap werden aangesteld, welke voor zijne ontvangst en uijtgaave zodanig Salaris zal werden toegelegt, als omtrent de Penningmeester der dijkagie is gearresteerd-

28
Wijders daar tot eene goede beheering ook werd Vereijscht, het maken van de nodige Wetten, zal ook aan het dijks Collegie van Texel met overleg van Kroosheemraden van de 5 districten aanbevoolen weesen het maken van de vereijschte Keure en Ordonnantien over Weegen en Wateringen en het geene daar toe behoord-
Welke Keure en Ordonnantien gearresteerd zijnde, dan ook de kragt van Wetten zullen werden toegekend-

29
Eens S’ jaars zullen dezelve naargezien, verbeterd of op nieuw gearresteerd worden, en hier van zullen de inwoonderen, in tijds verwittigd zijn, op dat eenen ieder gelegenheid gegeven word, zodanige aanmerkingen als hij ter verbetering daar in vermeend ten nutte van het algemeen te vinden, in geschrifte te kunnen voordragen, als wanneer alle de ingekomen aanmerkingen wel in overweeging moeten worden genomen, en bij zodanige Keure of ordonnantien gevoegd, uitgelaten dan wel geheele nieuwe gearresteerd worden-

30
Geene daggelden zullen door het Collegie aan de gemeenschap in Rekening mogen werden gebragt, evenwel daar het niet dan billijk is, dat niemand eene ander voor niet alleen ten dienste moet staan, maar ook in Verteeringe bijlaag doen, zo zal een dijkgraaf boven en behalve de bodens welk voor hem alleen zijn, een Jaarlijks Tractement genieten van f 8-
De 5 Hoofdingelanden en 6 Kroosheemraden ieder f 8- [maakt] f 80-
Ten behoeve van hunne verteeringen 16 Poldermeesteren ieder f 4- [maakt] f 64-
Den Secretaris zal voor alle diensten except de noodige schrijfbehoeftens en verschot eens per Jaar genieten f 4-
De boode voor alles het geen zijn Post meede brengt meede eens per Jaar f 20-
Voorts zullen er geene wagen vragten als de volgende in Reekening mogen werden gebragt:
3 dagen beraming, ieder dag 2 wagens is 6 wagens
3 dagen besteeding 6 dito
3 dagen Hoofdschouw 6 dito
te zamen 18 wagens van f 3- is f 54-
248-

31
Het Collegie van directie zal zo dikwerf op het huijs der gemeente deeses Eilands vergaderen als de belangens over Weegen en Wateringen zullen vereijschen en tot dat einde door den dijkgraaf geconvoceerd worden, en zal op die Comparitie dagen geene Kosten werden geleeden, als gebruijk van Coffij, Thee, Pijpen, Tabak, Papier en Pennen welke Kosten eens S’ jaars zullen werden opgenomen, en in Reekening gebragt-

32
Voor gemeene Weegen hier vooren genoemd, zullen worden gerekend, en als zodanig beheerd, den weg van den Burg bij ’t Spijk om na den Hoorn (in zo verre geen dijkweg is)
Van den Hoorn tot aan het Strand
Van den Hoorn bij de Westen om na den Burg
Van den Burg na de Waal (in zo verre geen dijkweg is)
Van de Waal tot Oost tegens de Zeedijk (in zo verre geen dijkweg is)
Van het zogenaamde Hooge tot aan Oosterend
En van den Westhoek van Oosterend na het Nieuwe Schil, tot aan de dijk toe
Vervolgens voor de Waal ven de breeweg tot aan de Zuijderdijk toe
Van ’t Oude Schil (in zo verre geen dijkweg is) langs de Schansweg over de hoogte, langs het Steene Straatje tot aan den Burg
En van den Burg tot aan de Koog in zoo verre onder de directie der 28 Gemeenschappelijke Polders behoord-
Alle welke weegen voor zoo verre thans Buuren of eijgen Weegen zijn, zullen worden bereekend als gemeene weegen en van de Eijgenaars zo ten aanzien van de lasten als den Eijgendom van de grond Kost en Schadeloos, voor Rekening van ’t gemeene Eiland worden overgenomen-

33
Behalve deese genoemde Gemeene Weegen zullen alle Weegen blijven als van ouds onder e benaaming van buuren of eijgen Weegen, dog ter geregelder beheering van deese buuren en Eijgen weegen zal het Collegie van directie hier vooren gemeld, ook hebben de beraamingen en beschouwingen over dezelve; dog ten aanzien der Buure weegen, zal de spetie ter verhooging door de buuren zelve, naar eijgene goeddunken even veel waar van daan, mogen worden bezorgd, en van de Eijgen weegen naar goedvinden van den Eijgenaar – zullende de Kosten zo van verandering, verhooging of verbeetering door de buuren (waar voor gereekend word ieder ingeland in elke Polder) naar maate van elks daar in hebbende Roetalen gezamentlijk worden gedragen; en door de Buurheer of Buurheeren (volgens ouder gewoonte) aan de Huijsen, in elke Polder verblijvende, alle de ingelanden na de Verstoeling moeten worden opgeroepen, om met gemeen overleg, omtrent de Spetie de besteeding of making door hun Zelve te Raadpleegen, zullende bij de Presenten met meerderheijd van Stemmen omtrent alles worden geconcludeerd-

34
Elke buurheer zal ter geschikter bestiering, op eene bepaalden dag, S’Jaarlijks gemelde weegen zo tot beEtting of Hooijing, naar goedvinden der gezamentlijke ingelanden moeten verhuuren, en van de ontfangene huur en ook van het verpagte Schutte verantwoording aan ingelanden moete doen- welk Schutampt door den buurheer in die Polder altijds S’Jaarlijks zal moeten worden verpagt; ten waare alle ingelanden, niemand uitgezondert, zulks in hunne Polder als onnodig mogte Keuren; zullende evenwel alle ingelanden in zodanige Polder omtrent de Eilands Keure, in het losloopen van Rammen en dergelijke, als dan aansprakelijk en volgens de Keure Strafbaar zijn-

35
De Schulden op ieder Polder Rustende; in het bijzonder, zullen voor Reekening van Zodanige Polder moeten blijven, gelijk ook de bezittingen van elke Polder Gemeenschappelijk blijven te behooren-
Dienvolgens zal de Buurheer of Buurheeren, met overleg der ingelanden, S’Jaarlijks de gemeene Kosten en Schulden, uijt het Revenu der Huurpenningen van de weegen en het verpagt Schutampt, in zo verre dezelve toereijkende zijn, moeten voldoen of anders tot voldoeninge van Kosten en intrest, en des goedvindende met ingelanden, tot aflossinge van Schuld eene Omslag moeten maken, welke Omgeslagen gelden over zodanige Polder, den Buurheer of Buurheeren verpligt zullen weesen op te halen en de interessen, aflossing en andere Kosten, aan die Zulks Competeerd moeten betalen-

30
Eijndelijk zullen Hoofdingelanden en Kroosheemraden moeten doen, deeze naarvolgende Eed-
Wij belooven dat wij dit Reglement over Wegen en Wateringen binnen den Ommering der 28 Gemeenschappelijke Polders op Texel geleegen, naar onze beste Kennis en Wetenschap zullen naarkomen, doen agtervolgen, en tusschen Partijen Regt doen, zonder den eene of andere voortestaan, en verder desaangaande alles te doen wat een vertrouwd Hoofdingeland Schuldig is te doen-
Dat beloove ik

Gelijk ook Poldermeesteren de volgende Eed zullen moeten afleggen-
Wij belooven dat wij dit Reglement over Wegen en Wateringen binnen den Ommering der 28 Gemeenschappelijke Polders op Texel geleegen, ieder voor ons district, naar onze beste Kennis en Wetenschap zullen naarkomen, alle opgave van gebrek eerlijk en naar gemoede te doen, zonder den een of andere voortestaan, gelijk ook (des vereijscht) Regt tusschen Parthijen te spreeken, voorts alle instructien en ordonnantien door het dijks Collegie te zullen naarkomen en voorts alles te doen, en verrigten, wat een goed en getrouw Poldermeester Schuldig is te doen-
Dat beloove ik-

Aldus dit Reglement en order over de Weegen en Wateringen binnen den Ommering der 28 Gemeenschappelijke Polders op Texel geleegen, naar eenige tijd vóórleggens aan de ingelanden, en daarop ontfangen aanmerkingen, met daar bij gemaakte veranderingen, eijndelijk met eene Commissie uijt de ingelanden, gezamentlijk goedgekeurd en gearresteerd, op het Huijs der Gemeente van Texel-
Heeden den 25 Junij 1796.

Ter ordonnantie van dijkgraaf, Hoofdingelanden en Heemraaden van Texel, en in kennisse van mij Secretaris
(was getekend) WRomans



Terug naar de vorige bladzij